Tekst 25 Juist Onderwijzen En Juist Leren - a podcast by Een Cursus in Wonderen

from 2022-02-04T07:31:03

:: ::

toelichting: https://www.youtube.com/watch?v=3rik_Px3suk

I. Juist onderwijzen en juist leren

1. Een goede leraar verduidelijkt zijn eigen ideeën en verstevigt die door ze te onderwijzen. Leraar en leerling zijn in het leerproces gelijk. Zij zitten in dezelfde leercategorie, en als ze hun lessen niet delen, zal het hun aan overtuiging ontbreken. Een goede leraar moet geloven in de ideeën die hij onderwijst, maar hij moet aan nog een andere voorwaarde voldoen: hij moet in de leerlingen geloven aan wie hij de ideeën presenteert.
2. Velen waken over hun ideeën omdat ze hun denksysteem willen bewaren zoals het is, en leren betekent veranderen. Voor wie afgescheiden zijn is verandering altijd beangstigend, omdat ze die niet als een stap naar het genezen van de afscheiding kunnen zien. Ze zien die steeds als een stap naar verdere afscheiding, omdat de afscheiding hun eerste ervaring van verandering was. Jij gelooft dat je vrede zult vinden als je geen verandering in je ego toelaat. Deze verregaande verwarring is alleen mogelijk als je volhoudt dat een en hetzelfde denksysteem op twee fundamenten kan rusten. Niets kan de geest bereiken vanuit het ego, en niets kan het ego bereiken vanuit de geest. De geest kan noch het ego versterken, noch diens innerlijke strijd verminderen. Het ego is een tegenspraak. Jouw zelf en Gods Zelf staan met elkaar in tegenstelling. Ze zijn tegengesteld qua oorsprong, richting en uitkomst. Ze zijn fundamenteel onverenigbaar, omdat de geest niet kan waarnemen en het ego niet kan kennen. Ze zijn daarom niet in communicatie met elkaar en kunnen ook nooit in communicatie zijn. Niettemin kan het ego leren, ook al is zijn maker mogelijk misleid. Hij kan echter niet het totaal levenloze maken uit wat met leven is begiftigd.
3. De geest hoeft niet onderwezen te worden, maar het ego moet dat wel. Leren wordt uiteindelijk als angstwekkend gezien omdat het leidt tot het prijsgeven – niet het vernietigen – van het ego aan het licht van de geest. Dit is de verandering die het ego wel moet vrezen, omdat het mijn naastenliefde niet deelt. Mijn les was net als de jouwe, en omdat ik die geleerd heb kan ik die onderwijzen. Ik zal nooit je ego aanvallen, maar ik probeer jou te leren hoe zijn denksysteem is ontstaan. Wanneer ik jou aan je ware schepping herinner, kan je ego niet anders dan met angst reageren.
4. Onderwijzen en leren zijn nu jouw grootste krachten, omdat ze jou in staat stellen je denken te veranderen en anderen te helpen hetzelfde te doen. Weigeren je denken te veranderen is geen bewijs dat de afscheiding niet heeft plaatsgevonden. De dromer die de realiteit van zijn droom betwijfelt terwijl hij nog droomt, geneest zijn gespleten denkgeest niet echt. Je droomt van een afgescheiden ego en gelooft in een wereld die daarop is gegrondvest. Dit is heel werkelijk voor jou. Je kunt dit niet ongedaan maken door niet je denken hierover te veranderen. Als jij bereid bent de rol van bewaker van je denksysteem te laten varen en het voor mij open te stellen, zal ik het heel zachtzinnig corrigeren en jou terugleiden naar God.
5. Elke goede leraar hoopt zijn leerlingen zo veel te geven van wat hij zelf heeft geleerd, dat zij hem op zekere dag niet meer nodig hebben. Dit is het enige ware doel van de leraar. Het is onmogelijk het ego hiervan te overtuigen, omdat dit indruist tegen al zijn eigen wetten. Maar bedenk wel dat wetten worden opgesteld om de continuïteit te waarborgen van het systeem waarin de maker van de wetten gelooft. Het ligt in de aard van het ego te proberen zichzelf te beschermen, wanneer je het eenmaal hebt gemaakt, maar het ligt niet in jouw aard om zijn wetten te willen gehoorzamen, tenzij jij daarin gelooft. Het ego kan die keuze niet maken vanwege de aard van zijn oorsprong. Jij kunt dat wel, vanwege de aard van de jouwe.
6. Ego’s kunnen in elke situatie botsen, maar de geest is totaal niet tot botsen in staat. Als je een leraar alleen maar als ‘een groter ego’ ziet, zul je bang zijn, omdat het vergroten van een ego zou neerkomen op het verhogen van de angst met betrekking tot afscheiding. Ik zal met je onderwijzen en met je leven als jij met mij wilt denken, maar mijn doel zal uiteindelijk altijd zijn je te ontslaan van de behoefte aan een leraar. Dit staat lijnrecht tegenover het doel van een egogerichte leraar. Hij maakt zich druk om het effect dat zijn ego heeft op andere ego’s, en vat hun interactie dan ook op als middel tot behoud van zijn ego. Ik zou mezelf niet aan onderricht kunnen wijden als ik dit geloofde, en jij zult geen toegewijd leraar zijn zolang jij het gelooft. Ik word voortdurend gezien als een leraar die of opgehemeld of verguisd moet worden, maar voor mezelf aanvaard ik geen van beide zienswijzen.
7. Jouw waarde wordt niet bepaald door te onderwijzen of te leren. Jouw waarde wordt bepaald door God. Zolang jij dit betwist, zal al wat je doet angstaanjagend zijn, in het bijzonder elke situatie die zich leent voor het geloof in meerderwaardigheid en minderwaardigheid. Leraren moeten geduld hebben en hun lessen herhalen tot ze zijn geleerd. Ik ben bereid dit te doen, omdat ik niet het recht heb voor jou grenzen te stellen aan wat jij leert. Nogmaals: niets wat jij doet of denkt of wenst of maakt is nodig om jouw waarde te bepalen. Dit punt is, behalve in waanvoorstellingen, onomstreden. Jouw ego staat nooit op het spel, omdat God het niet heeft geschapen. Jouw geest staat nooit op het spel, omdat Hij die schiep. Elke verwarring hieromtrent is waan, en geen enkele vorm van toewijding is mogelijk zolang deze waanvoorstelling voortduurt.
8. Het ego tracht elke situatie uit te buiten als lofzang op zichzelf om daarmee zijn twijfels te overwinnen. Het zal blijven twijfelen zolang jij in zijn bestaan gelooft. Jij die de maker ervan bent kunt het niet vertrouwen, omdat je vanuit je juiste denken inziet dat het onwerkelijk is. De enige zinnige oplossing is niet proberen de werkelijkheid te veranderen, wat zonder meer een beangstigende poging is, maar haar te aanvaarden zoals ze is. Jij bent deel van de werkelijkheid, die onveranderd buiten het bereik van je ego ligt, maar voor de geest makkelijk te bereiken is. Wanneer je bang bent: wees stil en weet dat God werkelijk is en dat jij Zijn geliefde Zoon bent, in wie Hij welbehagen heeft. Laat je ego dit niet betwisten, want het ego kan niet kennen wat even ver buiten zijn bereik ligt als jij.
9. God is niet de auteur van de angst.* Dat ben jij. Jij hebt gekozen om anders te scheppen dan Hij, en hebt voor jezelf zodoende angst gemaakt. Je bent niet in vrede omdat jij je functie niet vervult. God gaf jou een zeer verheven functie waaraan je niet voldoet. Je ego heeft verkozen bang te zijn in plaats van eraan te beantwoorden. Wanneer jij ontwaakt zul je dit niet kunnen begrijpen, omdat het letterlijk ongeloofwaardig is. Geloof nu het ongeloofwaardige niet. Elke poging om de geloofwaardigheid ervan te verhogen dient alleen om het onvermijdelijke uit te stellen. Het woord ‘onvermijdelijk’ is beangstigend voor het ego, maar vreugdevol voor de geest. God is onvermijdelijk, en jij kunt Hem evenmin vermijden als Hij jou.
10. Het ego is bang voor de vreugde van de geest, want als jij die eenmaal ervaren hebt, zul je alle bescherming aan het ego onttrekken, en totaal niet meer investeren in angst. Je investering is nu groot omdat angst getuigt van de afscheiding, en je ego verheugt zich wanneer jij daarvan getuigt. Laat het achter je! Luister er niet naar en houd het niet in stand. Luister alleen naar God, die net zomin tot misleiding in staat is als de geest die Hij schiep. Bevrijd jezelf en bevrijd anderen. Toon anderen geen vals en onwaardig beeld van jouzelf, en aanvaard zelf niet zo’n beeld van hen.
11. Het ego heeft je een schamel huis gebouwd dat jou geen beschutting biedt, omdat het niets anders bouwen kan. Probeer dit bouwvallige huis niet overeind te houden. Zijn zwakheid is jouw kracht. Alleen God kan een huis maken dat Zijn scheppingen waardig is, die verkozen hebben het leeg te laten staan door zichzelf te onteigenen. Toch zal Zijn huis eeuwig blijven staan, en het staat voor je klaar wanneer jij besluit het te betreden. Hiervan kun je volkomen zeker zijn. God is evenmin in staat het vergankelijke te scheppen als het ego bij machte is het eeuwige te maken.
12. Van je ego uit kun jij niets doen om jezelf of anderen te verlossen, maar vanuit je geest kun jij alles doen voor de verlossing van beiden. Nederigheid is een les voor het ego, niet voor de geest. De geest is boven nederigheid verheven, omdat hij zich bewust is van zijn uitstraling, en zijn licht met blijdschap overal verspreidt. De zachtmoedigen zullen de aarde beërven omdat hun ego’s nederig zijn, waardoor hun waarneming waarheidsgetrouwer wordt. Het Koninkrijk der Hemelen komt rechtmatig toe aan de geest, wiens schoonheid en waardigheid ver boven twijfel, boven waarneming verheven zijn, en voor altijd gelden als het merkteken van Gods Liefde voor Zijn scheppingen, die Hem en Hem alleen volkomen waardig zijn. Niets anders is voldoende waardig om als gave te dienen voor een schepping van God Zelf.
13. Ik zal, als jij dat wenst, de plaats innemen van je ego, maar nooit van je geest. Een vader kan een kind veilig bij een oudere broer achterlaten die verantwoordelijkheidsgevoel heeft getoond, wat echter niet inhoudt dat er verwarring is over de afkomst van het kind. De broer kan het lichaam en het ego van het kind beschermen, maar hij ziet zichzelf niet voor de vader aan omdat hij dit doet. Je lichaam en je ego kunnen aan mij worden toevertrouwd louter omdat dit jou de gelegenheid geeft je er niet om te bekommeren, en het mij toestaat jou te leren hoe onbelangrijk ze zijn. Ik zou hun belang voor jou niet kunnen begrijpen, als ik niet zelf ooit in de verzoeking was geweest in ze te geloven. Laten we deze les samen gaan leren, zodat we hier samen van kunnen worden bevrijd. Ik heb toegewijde leraren nodig die delen in mijn streven de denkgeest te genezen.

Further episodes of Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les

Further podcasts by Een Cursus in Wonderen

Website of Een Cursus in Wonderen