De ‘Kijkende oren’ van Ton Bruynèl - a podcast by NPO Radio 4 / NTR

from 2020-06-03T16:07

:: ::

Deze Nederlandse elektronische muziekpionier componeerde op latere leeftijd warmbloedige, kleurrijke en toegankelijke muziek voor combinaties van stem, instrumenten en tape. De natuur was een grote bron van inspiratie. Ton Bruynèl (1934-1998) was een meester in het nabootsen of suggereren van geluiden zoals die van vogels, insecten of regen. Geen componist evenaarde tot nu toe de kwaliteit van zijn evocatieve muziek. Looking ears, oftewel Kijkende oren, is de naam van een van zijn composities. De titel zegt iets over de manier waarop Bruynèl geluid benaderde. Zijn oud-leerling, programmamaker Robert Nasveld, werpt een blik op de persoon en zijn universum.

1. Op het Utrechts Conservatorium
Bruynèl studeerde een blauwe maandag aan het Utrechts Conservatorium en gaf daar later les. Hij schreef het romantische Serène voor tape en dwarsfluit als huwelijksgeschenk voor zijn toenmalige echtgenote. Het begint met de karakteristieke signalen van een dwerguiltje.

2. Muziek verbeeld
Bruynèls beeldende Soft Song voor hobo en klanksporen werd in 1974 door sommige collega-componisten naar de prullenbak verwezen, misschien wel omdat het voor de heersende mode in die jaren te communicatief was. Bruynèl moest op zijn beurt niets van hun ‘maagzuurmuziek’ hebben. De componist vertelt over zijn orkeststuk Phases en Dali’s surrealisme.

3. Zwanenzang
Ton Bruynèls laatste werk is de video-opera Non sono un uccello (Ik ben geen vogel). De compositie is een ode aan de vliegkunst, in 1998 uitgezonden op televisie. Het idee hiervoor ontstond in 1986 na het zien van de ontploffing van het ruimteveer Challenger. Oud-leerling Ad Wammes voltooide het werk Cours des nuages (Gang van de wolken) voor strijkorkest en klanksporen. Ad vertelt hoe hij Bruynèl, toen deze nog leefde, hielp met de notatie.

Further episodes of Supplement

Further podcasts by NPO Radio 4 / NTR

Website of NPO Radio 4 / NTR